Recensie ‘Die Stunde da wir nichts voneinander wußten’ (HF)
Grauw geklede forenzen, hipsters met kartonnen koffiebekers, een schuifelende bejaarde, een roedel piloten met rolkoffers, skateboarders, een groep Chinese toeristen met mondkapjes en kleurige paraplu’s. Ze steken het podium van de Stadsschouwburg over, elkaar soms rakelings passerend.
Het Holland Festival opende gisteren met de voorstelling Die Stunde da wir nichts voneinander wußten die de Estse theatermakers Tiit Ojasoo en Ene-Liis Semper maakten bij het Thalia Theater Hamburg. Die Stunde… is een stuk van de Oostenrijkse schrijver Peter Handke uit 1992, dat bestaat uit zestig pagina’s regie-aanwijzingen, zonder gesproken tekst. Het beschrijft de gebeurtenissen op een willekeurig stadsplein, de kleine belevenissen van mensen die langs elkaar leven en niets van elkaar weten.
De Hamburgse productie is spectaculair grootschalig: 32 spelers, 10 zangers die in de zaal zitten en een groot aantal technici achter de schermen maken in ruim twee uur een vloeiende opeenvolging van talloze prachtig aangeklede tableaus. We zien vissers, postbodes op fietsen, hardlopers, Sinterklaas, pelgrims en moeders met kinderwagens. Tegen het eind worden de beelden absurder en harder: een groen monster, een drag queen die Samba danst, twee mannen in bivakmutsen die een derde in een oranje overall meevoeren, een mensenoffer.
Soms lijkt de voorstelling op een kinderboek waarin je op iedere pagina dezelfde figuren moet terugzoeken: de man met het strooien hoedje, de vrouw in de rode jurk, het meisje met het korte haar. Langzaam ontvouwen zich een paar verhaallijnen: forenzen worden werkloos, geliefden vinden elkaar en raken elkaar weer kwijt. De speelstijl, met nadrukkelijke mimiek, neigt af en toe naar het groteske.
Handke heeft de makers toestemming gegeven om zijn stuk aan te passen aan 2016, en dat deden Semper en Ojasoo vooral door de multiculturele cast in te zetten bij het doorbreken van een aantal clichés. Vrouwen in rouwkledij wisselen van kleding met een trio piloten. Een groep Aziatische spelers is eerst een homogene kudde toeristen en lost later op in een horde kantoorpersoneel. Verdere modernisering beperkt zich tot het toevoegen van een paar smartphones, een vleugje terreurdreiging en (onvermijdelijk) een groep vluchtelingen.
Een echt statement kan in deze vorm niet gemaakt worden, blijkt bij de meest brisante beelden uit deze voorstelling: Sinterklaas wordt vergezeld van een Zwarte Piet: een witte speler die zich eerst met zichtbare tegenzin zwart schminckt en vervolgens steeds aap-achtiger de roe hanteert, totdat hij ineens tegenover een elegant zwart koppel staat. Maar een dergelijk pijnlijk moment wordt nooit meer dan een grap – alles spelers gaan schielijk af en we gaan weer door naar de volgende scène.
De mooiste momenten zijn als grote beelden associatief gaan overlappen. We zien een groep vrouwen een menorah ontsteken, we zien joodse gelovigen bidden bij de klaargmuur en we horen de islamitische oproep tot het gebed, wat weer overgaat in een groep keurige werknemers met aktentassen die haastig het toneel oversteken: de ochtendspits als kapitalistische eredienst.
Het Holland Festival plaatst de voorstelling nadrukkelijk in een programma over het nieuwe Europa. Dat lijkt me een wat moeizame invulling. Veeleer gaat Die Stunde… over toneel als vrijhaven: een plek waar alles iets anders kan zijn dan je op het eerste moment denkt en daarmee een aanmoedigiging om ook buiten het theater beter te kijken.
Holland Festival: Die Stunde da wir nichts voneinander wußten van Thalia Theater Hamburg. Gezien 4/6/16 in de Stadsschouwburg. Aldaar 6/6. Meer info op www.hollandfestival.nl.