De Komende Opstand
[Oude meuk van voor de vakantie. Dit schreef ik voor Rekto:Verso. Het staat ook hier]
Het Kunstenfestivaldesarts presenteert een opmerkelijk samenwerkingsproject van de Duitse theatergroep Andcompany&Co met Nederlandse en Vlaamse toneelspelers. Der (kommende) Aufstand is een radicaal politieke manifestatie, een ideaal vechthuwelijk van Duitse filosofische degelijkheid en Hollandse botte directheid. Het vaderlandse politieke theater kan daar een voorbeeld aan nemen.
‘Wees maar niet bang! Wij zijn slechts acteurs. We zijn verkleed als bedelaars. Wij oefenen hier de opstand.’ Het is een ratjetoe aan spelers dat met deze woorden Der (kommende) Aufstand opent: roepatleten van het Duitse provincietheater (in dit geval het Oldenburgisches Staatstheater), muzikale performance-mimers uit Nederland, drie muzikanten, de Vlaamse regisseur Joachim Robbrecht en een spelende dramaturg van het kleine Andcompany&Co.
Al in de eerste scène blijkt hoezeer de Nederlandse en Duitse mentaliteiten elkaar aanvullen. De overdaad en het directe contact met het publiek doen denken aan het werk van De Warme Winkel, maar inhoudelijk krijg je een razend knappe opeenstapeling van de meest uiteenlopende referenties: van de zestiende-eeuwse watergeuzen (genoemd naar het Franse woord voor bedelaar, ‘gueux’) tot de huidige Occupy-beweging en de Nederlandse kunstbezuinigingen. Steeds staat een van de acteurs met de rug naar het publiek – precies zoals de politiek hen verwijt – terwijl hij ons toespreekt via de human mic van de anderen.
Uitgangspunt voor de voorstelling is een essay van Friedrich Schiller, Der Abfall der Niederlande, over de Nederlandse opstand tegen de Spaanse koning, die leidde tot de Tachtigjarige Oorlog en de onafhankelijkheid van het land. Nederland kan nu wel een beetje opstand gebruiken, moeten de makers gedacht hebben.