Seizoensoverzicht 2009/2010

Artistiek zelfonderzoek is uit, maatschappelijke betrokkenheid is in. Toneel ging het afgelopen seizoen over nu en verklankte de stemmen van internationale auteurs van vandaag. Dertigers staan niet langer als jong en aanstormend aan de kant, maar eisen hun plek op en met succes. Jammer dat de relevantie van kunst juist nu zo zwaar wordt betwist door burger en politiek.

Het is niet specifiek voor afgelopen seizoen, maar wel een onmiskenbare ontwikkeling van de afgelopen jaren: expliciet geëngageerd theater is ín. Alweer vijf jaar geleden riep theatermaker Eric de Vroedt op tot ‘nieuw geëngageerd toneel’ en werd Ivo van Hove door Johan Simons berispt omdat je volgens hem in een tijd van geweld en terrorisme geen huwelijkskomedie van Ayckbourn kon spelen.

Dat hebben ze geweten. Anno 2010 trok de hele wereld op het schouwtoneel voorbij. Van burgeroorlog (Branden) tot duurzaamheid (Schwalbe speelt op eigen kracht) en van misdaadverslaggever Peter R. de Vries (Rashomon Effect) tot meisjesmoordverdachte Joran van der Sloot (Met Joran aan zee). Het theater was als een iets artistieker en soms meer intellectuele versie van de babbelprogramma’s op televisie waar het dagelijks nieuws voorbijtrekt en van commentaar wordt voorzien. Familiedrama’s in de huiskamer kom je op het toneel eigenlijk bijna niet meer tegen.

Continue reading “Seizoensoverzicht 2009/2010” »

Interview Gillis Biesheuvel

interviews,Theatermaker — simber op 21 september 2010 om 15:29 uur
tags: , ,

Met zijn tanige lijf, verzorgde sik en gouden oorbel ziet Gillis Biesheuvel (1972) er niet uit als de doorsnee toneelspeler. Dat is hij dan ook niet. Op het toneel heeft hij iets manisch, oncontroleerbaars. Maar in de van seks doortrokken voorstelling Reigen van zijn groep Dood Paard is hij, jonglerend met sigaren en sabels, daarnaast ook onweerstaanbaar grappig. Een Arlecchino nominatie was zijn deel. “Ik zoek de opstand tegen de keurigheid.”

Half juli. Bij de meeste toneelgezelschappen is het kantoor al afgesloten en het antwoordapparaat ingeschakeld, maar niet bij Dood Paard. Begin juni ging hun nieuwe voorstelling Answer Me in première op het Alkantara festival in Lissabon en de spelers maken zich op voor een zomerse tournee langs Estland en Denemarken voordat de voorstelling in september in Nederland te zien is op het festival De Internationale Keuze in Rotterdam.

Aan een grote tafel in het atelier van Dood Paard aan de Herengracht in Amsterdam vertelt Biesheuvel over het zomerproject: “Het Alkantra festival wordt geleidt door een Belg, Thomas Walgrave, die eerder ontwerper was bij Stan. Ik had al eens op het festival gestaan met een voorstelling met Stan, waarin we samenwerkten met een aantal Portugese acteurs. Het was de bedoeling om die specifiek Nederlands/Vlaamse acteerstijl in Portugal te introduceren.”

Continue reading “Interview Gillis Biesheuvel” »

Berliner Tagebuch 2

buitenland,overig,Theatermaker — simber op 2 september 2010 om 10:16 uur
tags: , , ,

Voor het seizoen begint even de archieven opruimen en oude stukken online zetten.

TM-redacteur Simon van den Berg is nog steeds in Berlijn. Nu het Theatertreffen is begonnen is hij fulltime Theatertreffenbezoeker geworden, maar daarnaast gaat het gewone Berlijnse theaterleven gewoon door.

7 mei
Opening TheaterTreffen: Kasimir und Karoline van Schauspiel Köln, NT Gent en de Veenfabriek

Het TheaterTreffen wordt geopend door Jack Lang die kunstenaars oproept om politici te blijven voeden met hun ideeën en utopieën, maar het is de vraag of hij daarvoor wel het juiste festival heeft opgezocht. De selectie is met z’n aandacht voor de kredietcrisis niet bijster optimistisch en Johan Simons, de regisseur van de openingsvoorstelling, zei in onlangs in een interview dat we moeten erkennen dat het theater de antwoorden niet heeft, sterker nog: dat we zelfs de vragen niet meer weten.

Het theater lijkt het daarom te zoeken in de verhalen van kleine individuën. Zoals dat van Kasimir en Karoline, die hun liefde niet kunnen behouden als hij wordt ontslagen en zij versierd wordt door een paar hoge heren. Weerbaarheid en wereldse problemen, daar gaat deze onderkoeld wanhopige voorstelling over en Simons heeft de juiste melancholische toon gevonden, die hij in de Nederlands/Vlaamse versie (die ik slechts op televisie zag) duidelijk niet te pakken kreeg. Het was overigens heel grappig om de muziek van de jonge multi-instrumentalisten van de Veenfabriek uitgevoerd te zien worden door veel oudere Keulse muzikanten. Ze deden het goed, maar echt rocken deed het niet.

8 mei
Trust
van Falk Richter en Anoukvandijk dc in de Schaubühne

Oh, dans, dacht ik vantevoren, maar een tipgever zei me dat het toch vooral heel veel tekst was, deze samenwerking tussen een Duitse schrijver en regisseur en een Nederlandse choreografe en danseres. Dat viel dan ook wel weer mee. Maar ik was er tamelijk van onder de indruk. Het uitgangspunt is nogal simpel: het gaat over vertrouwen in relaties en in geldzaken en komt dan snel weer uit op vertrouwen in banken en andere financiële instituties.

Continue reading “Berliner Tagebuch 2” »

Theaterkritiek in de dagbladen: de stand van zaken

beschouwingen,onderzoek,Theatermaker — simber op 10 juni 2010 om 17:12 uur
tags:

(Voor de TM van mei. De grafieken van Hans Bos zijn natuurlijk veel mooier!)

Het gaat slecht met de kunstkritiek. Het is platitude geworden, maar de feiten onderbouwen het. Nieuwe cijfers laten zien: in acht jaar tijd nam het aantal recensies in de dagbladen met dertig procent af. En de trend lijkt onomkeerbaar.

In maart 2002 publiceerde TM een artikel over de ‘Theaterkritiek in de verdrukking’. Richard Stuivenberg telde recensies in de landelijke dagbladen en concludeerde een sterke afname. In de door hem getelde kranten waren in de maand november van 2001 dertig procent minder recensies te zien dan in dezelfde maand in 1991. Maar in de jaren daarna zal het zelfs de niet ingevoerde kunstpaginalezer zijn opgevallen dat de negatieve tendens niet gekeerd is. Tijd voor een nieuwe stand van zaken.

Stuivenberg nam een steekproef: in november 1991 en in november 2001 telde hij alle recensies in de dagbladen Volkskrant, NRC, Parool, Trouw en AD. Het dóórzetten van die steekproef leidt echter tot problemen (waarover later meer) en dus wendden we ons tot een bron die álle dagbladrecensies over de podiumkunsten (uitgezonderd muziek) over het hele jaar bijhoudt: de database van het TIN.

Grafiek 1. Aantallen recensies: totalen

Continue reading “Theaterkritiek in de dagbladen: de stand van zaken” »

Nachtkritik

overig,Theatermaker — simber op 10 juni 2010 om 17:01 uur
tags: , ,

Een website vol met professionele recensies, dagelijks ververst met verslagen van de avond ervoor, met een trouwe aanhang die de artikelen enthousiast becommentarieert en bediscussieert. In Nederland wordt er veelvuldig over gedroomd, maar in Duitsland bestaat zo’n site al bijna drie jaar: Nachtkritik.de

Het oprichtingsverhaal klinkt bekend: ook in Duitsland neemt de aandacht voor theater in de kranten af en lonkt de onbeperkte ruimte van internet. Maar in de Bondsrepubliek spelen nog een aantal specifieke aspecten mee. Het zeer regionaal geörienteerde medialandschap bijvoorbeeld, dat ervoor zorgt dat krantelezers alleen recensies voorgeschoteld krijgen over de allergrootste producties en over voorstellingen in hun eigen contreien. Daarnaast zijn de status en macht van de criticus er nog veel groter dan ze in Nederland ooit geweest zijn. De theatercriticus is iemand tegen wie wordt opgekeken, met alle ijdelheid en pedanterie die daarbij hoort.

In mei 2007 nam een groep van vier critici het initiatief voor de nieuwe site. Ze wilden ruimte om over meer voorstellingen te schrijven, maar ook om recensies uit de hele ‘Deutssprachigen Raum’ (Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk) bij elkaar te brengen. En daarbij moest de verhouding tussen criticus, voorstelling en publiek worden opengebroken. De oprichters zagen de recensies niet als gerechterlijk kunstoordeel, maar als het begin van een gesprek over een voorstelling. Daarom kon vanaf het begin iedere bezoeker onder iedere recensie zijn commentaar kwijt, ook anoniem. Dat leidt soms tot moddergooien en verhitte debatten, maar opvallend vaak ook tot goed geformuleerd en inhoudelijk onderbouwd weerwerk.

Nachtkritik is inmiddels een gevestigde naam in de Duitse theatersector, met zo’n honderdduizend lezers per maand (meer dan alle gespecialiseerde tijdschriften bij elkaar, pocht de redactie). Het belangrijkste onderdeel van de site zijn de ‘Nachtkritiken’, die de ochtend na de première worden gepubliceerd. Van Wenen tot Kiel en van Bern tot Berlijn wordt het theater op die manier gevolgd en bijeengebracht. De recensies zijn niet altijd origineel. Veel critici die voor regionale kranten schrijven, publiceren hetzelfde artikel zowel in hun eigen krant als op de site. Wel zijn de Nachtkritieken met zo’n 700 woorden vaak langer dan de papieren versies.

Naast de recensies publiceert de site een paar dagen later, als ook de kranten zijn verschenen, een ‘Kritikenrundschau’, een overzicht van de andere meningen. Andere onderdelen zijn nieuws, discussies, boekbesprekingen, profielen en een drukbezocht forum. Kortom, bijna een volledig theatertijdschrift op internet, met recensies als zwaartepunt. Overigens heeft de site niet de ambitie om het volledige Duitstalige theater te bespreken; per maand wordt een selectie van zo’n vijftig voorstellingen gemaakt.

De site doet veel moeite om professionele kwaliteit te waarborgen, ook al is er weinig geld. De bijna zeventig vaste schrijvers zijn allemaal professionele theatercritici en alle stukken gaan vóór publicatie langs de eindredactie. De schrijvers krijgen zestig euro per recensie. Dat lijkt niet veel, maar een recensie in een regionale krant levert ongeveer hetzelfde op. De redacteuren kunnen niet leven van hun werk aan de site. Nachtkritik is opgezet als zelfstandige non-profit, met investeringen van vrienden en bekenden. Over twee jaar hoopt de site genoeg reclame-inkomsten te hebben om kostendekkend te werken. Behalve uit adverteerders komt er ook geld van opdrachtgevers, die de site bijvoorbeeld inzetten als digitale festivaldagkrant.

Kritiek op de site is er natuurlijk genoeg. In het conservatieve Duitsland wordt internet nog niet helemaal serieus genomen als platform voor ernstige gedachtenuitwisseling. Veel critici vallen over de anonieme commentaren in het forum, waar achter de pseudoniemen opvallend vaak makers en dramaturgen verborgen zouden zitten.

Maar ondanks de enigszins voorspelbare kritiek heeft Nachtkritik langzaam maar zeker het nodige respect gewonnen binnen de theaterwereld. Wellicht is dit initiatief te gebruiken als model voor een Nederlandse variant, die hier de theaterkritiek kan redden. Toch geeft het te denken dat een website in het enorme en theatergekke Duitsland (waar een publicatie als Theater Heute commercieel kan worden geëxploiteerd) nog zoveel moeite heeft om quite te spelen. Inhoudelijk begint internet zo’n beetje volwassen te worden, maar op zakelijk gebied zijn de ontwikkelingen gaan de ontwikkelingen vooralsnog erg langzaam.

Berliner Tagebuch

buitenland,overig,Theatermaker — simber op 7 mei 2010 om 00:03 uur
tags: , ,

In de maanden april en mei woont theatercriticus Simon van den Berg in Berlijn om theater te zien en Duits te leren. Het eerste gaat aanmerkelijk beter dan het tweede. Voor TM houdt hij een theaterdagboek bij.

6 april
Ich schau dir in die Augen, geselschaftlicher Verblendungszusammenhang
van René Pollesch in de Volksbühne

De hele zaal van de Volksbühne is leeg gehaald. Alle stoelen zijn weg, ervoor in de plaats ligt er een enorme hoeveelheid witte zitzakken. De mooie houten wanden van het theater zijn verborgen achter grote lappen dik donker plastic. Het toneel is verborgen achter een kanariegeel voordoek, met een paar duidelijk zichtbare slijtgaten erin. Een combinatie van een aftanse lounge en een oversized fetish club. Wat een klus, om voor deze ene avond al die stoelen te moeten weghalen. In Duitsland spelen ze tenslotte repertoire, de volgende avond staat hier weer Castorf’s Fuck off America.

Alleen al aan de even geweldige als té lange titel kun je zien dat het een voorstelling van René Pollesch is. Pollesch is –net als Heiner Goebbels en de mensen van Rimini Protokoll, She She Pop en Gob Squad- afkomstig van de studie ‘Toegepaste Theaterwetenschap’ in Gießen, waar hoogtheoretische dramaturgie wordt omgezet in intelligent, maar niet per se toegankelijk theater. Ook Ich schau dir in die Augen… is weer een onnavolgbare opeenstapeling van sociologische en mediatheoretische teksten, met als pluspunt dat ze worden gesproken door de geweldige acteur Fabian Hinrichs, die in deze solo over het toneel stuitert, dramatisch declameert en drumt.

Uit de woordenstroom kan ik voornamelijk opmaken dat het gaat over de ‘representatiecrisis’ van het theater: dat we niet meer kunnen ‘doen alsof’ in het theater en dat daarom het interaktieve theater is uitgevonden. En dat geld vroeger een hoeveelheid goud representeerde, maar sinds het akkoord van Bretton Woods niet meer, en dat de economische crisis dus ook een representatiecrisis is. Intelligent en knap theater, met een paar geweldige decorvondsten (van Bert Neumann, die ook Johan Simons’ Duitse voorstellingen vormgeeft), waaronder een ruimteschip van theaterlampen dat Hinrichs ver omhoog trekt. En geestig ook: “Ik streef naar een ‘inter-passief theater’, waarin de acteur na afloop van de voorstelling met jóuw partner naar huis gaat.”

(‘Verblendungszusammenhang’ is een term van Adorno, leer ik naderhand, en heeft te maken met het begrip blindheid in de Westerse samenleving. Nounou.)

8 april
Heuschrecken
, van Rimini Protokoll in HAU3

Een nieuw woord geleerd: een Heuschrecke is een sprinkhaan. Documentairetheatergroep Rimini Protokoll (door mij bij deze uitgeroepen tot hipste groep ter wereld) verzamelde er 8000 in een woestijnlandschap in een reusachtig terrarium, dat het publiek voor de voorstelling uitgebreid mag besnuffelen. Maar ja, hoe maak je daar theater van? Rimini Protokoll heeft er veel voor nodig: heel veel ingezoomde videobeelden uit het terrarium, een actrice die uit de bijbel voorleest (plagen van Egypte, Openbaring van Johannes), een Somalische voedselchemicus die zijn levensverhaal vertelt, een muzikant en een Zwitserse astronome. Ster van de avond is sprinkhanenexpert Dr. Jörg Samietz die opgewekt vertelt over de sprinkhaan, zijn zwermgedrag en andere eigenaardigheden.

Continue reading “Berliner Tagebuch” »

Interview Susanne Kennedy

interviews,Theatermaker — simber op 21 april 2010 om 13:11 uur
tags: ,

Bijna overnight werd regisseuse Susanne Kennedy een kleine hype in theaterland. Haar laatste voorstelling The New Electric Ballroom bij Het Nationale Toneel werd bijzonder lovend ontvangen, Hans Kemna richtte een fanclub op, Martin Schouten tipt haar als opvolger van Ivo van Hove en Johan Simons nodigde haar uit als gastregisseur in München.

Ze is aan het werk met Elfriede Jelinek – “Stroeve, maar meeslepende taal”. En voordat ze naar Duitsland vertrekt regisseert ze dit najaar nog een repertoirevoorstelling bij Het Nationale Toneel. “Emilia Galotti van Lessing; klassiek burgerlijk drama. In Duitsland is dat een van de tijdloze mega-klassiekers. Daar wordt het vaak gespeeld zodat de schoolklassen binnenkomen.” Verder kan ze er nog niet veel over kwijt.

Ook over de hype is ze nuchter: “Ik merk er zelf niet veel van. Het laatste jaar is het wel heel hard gegaan.” Of ze er niet ook een beetje recalcitrant van wordt. Nadenkend: “Ik zou het me nu kunnen veroorloven om iets heel anders te maken. Als het zou mislukken zou ik niet meteen ‘weg’ zijn. Maar zo gaat het niet; elke voorstelling die je maakt is de belangrijkste ooit. Naar The New Electric Ballroom kwamen ineens belangrijke mensen kijken. Johan Simons kwam, de dramaturgen uit München. Maar die dingen moet je loslaten. Je werkt met wat je kan. Repetities gaan toch altijd over wat ik zie, wat een acteur doet en wat voor mensbeeld ik probeer te ontwikkelen.”

Twee weken is ze nu bezig met de repetities van Over dieren van Jelinek. Het ‘stuk’ kent zoals altijd bij de Nobelprijswinnares geen plot, geen personages, geen clausen; het is een ondoordringbare berg tekst, volgelopen op het papier. Geen regisseur ontkomt eraan vooraf  keuzes te maken, te beginnen met wie wat zegt. Kennedy maakte personages, schoof teksten in elkaar, laat flarden tekst een aantal keren terugkomen.

Continue reading “Interview Susanne Kennedy” »

Overzicht Doorgeefprijzen

overig,Theatermaker — simber op 21 april 2010 om 13:06 uur
tags: , , ,

(Voor de TM special over Kitty Courbois, naar aanleiding van haar 50-jarig jubileum en de instelling van de naar haar genoemde doorgeefprijs, maakte ik een overzichtje van alle bestaande doorgeefprijzen in de podiumkunsten. Mensen met (plannen voor) een doorgeefprijs voor jeugdtheater, opera of critici kunnen zich melden.)

Met de instelling van de Courboisparel is de uitpuilende prijzenkast van het Nederlands theater weer een bokaaltje rijker. Maar de parel is een specimen van een zeldzame soort: de doorgeefprijs, waarbij de winnaar of drager zelf mag bepalen wanneer en aan wie hij of zij de prijs overdraagt. Daarvan hebben we er nu zeven, verdeeld over de hele podiumkunsten. Ter gelegenheid van de instelling van de Courboisparel heeft het TIN aangekondigd de doorgeefprijzen uitgebreid te gaan documenteren.

De Courboisparel

voor wie: actrices (theater, tv en film)
Sinds: 2010
Huidige drager: Kitty Courbois (sinds 2010)

De prijs bestaat uit een 19e eeuws Frans kistje met een glazen deksel met daarin een los te dragen broche met parel op een bedje van lapjes stof van kostuums die Courbois ooit gedragen heeft. De prijs wordt aangeboden door Toneelgroep Amsterdam en de Stadsschouwburg samen.

TM doorgeefsuggesties: Karina Smulders, Maria Kraakman, Carice van Houten

Theo Mann Bouwmeesterring

voor wie: actrices
sinds: 1911
Huidige drager: Anne Wil Blankers (sinds 1994)
Vorige dragers: Annet Nieuwenhuijzen (1980-1994); Caro van Eyck (1960-1980); Else Mauhs (1934-1959); Theo Mann-Bouwmeester (1911-1934)

Else Mauhs kon geen keuze maken en stierf zonder de ring te hebben doorgegeven. Ze liet de overdracht van de ring over een per testament benoemde commissie. Die koos in 1960 Caro van Eyck.

TM doorgeefsuggesties: Ariane Schluter, Elsie de Braauw, Halina Reijn

Paul Steenbergenpenning

voor wie: acteurs
sinds: 1982
Huidige drager: Jacob Derwig (sinds 2008)
Vorige dragers: Pierre Bokma (2002-2008); Willem Nijholt (1989-2002); Guido de Moor (1985?-1989); Paul Steenbergen (1982-1985?);

Bij de overdracht van de penning aan Jacob Derwig gaf Pierre Bokma een wel uiterst summiere motivatie: “goede wijn behoeft geen krans”.

TM doorgeefsuggesties: Fedja van Hûet, Steven van Watermeulen, Bram Coopmans

Albert van Dalsumring

voor wie: acteurs
sinds: 1959
Huidige drager: Gijs Scholten van Aschat (sinds 2004)

Vorige dragers: Pierre Bokma (1993-2004); Peter Oosthoek (1977-1993); Ko van Dijk (1972-1977); Paul Steenbergen (1963-1972); Albert van Dalsum (1959-1963)

Pierre Bokma is de enige die tegelijkertijd de ring en de penning in bezit had, namelijk van 2002 tot 2004. Daarmee bevestigde hij de status die Willem Nijholt hem verleende bij de overdracht van de penning in 2002: “Hij is onbetwist de grootste acteur van Nederland”.

TM doorgeefsuggesties: Hans Kesting, Bert Luppes, Mark Rietman

Jirí Kylián ring

voor wie: dansers
sinds: 2006
Huidige drager: Michael Schumacher (sinds 2008)
Vorige dragers: Jirí Kylián (2006-2008)

De prijs bestaat uit een torentje met veertien ringen, één voor iedere letter de naam van de prijs. Iedere drager mag er één houden, maar het torentje wordt wel weer aangevuld met nieuwe ringen zodat hij oneindig kan worden doorgegeven.

TM doorgeefsuggesties: Ann Van den Broek, Marco Goecke, Emio Greco

Luc Boyer Wisselvoorwerp

voor wie: Mimers (iemand die zich bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt voor de mimediscipline en het mimeonderwijs in Nederland)
sinds: 1993
Huidige drager: Irene Schaltegger (sinds 2007)
Vorige dragers: Ineke Austen (2001-2007); Jeanette van Steen (1997-2001); Luc Boyer (1993-1997)

De houder bepaalt niet alleen wie de volgende winnaar wordt, maar ook wat de nieuwe winnaar krijgt. Boyer kreeg een glassculptuur van Borek Sipek, Van Steen een sculptuur van Jan Steen en Austen en Schaltegger sculpturen van Elisabeth Varga.

TM doorgeefsuggesties: Ine te Rietstap, Marien Jongewaard, Karina Holla

Louis Davidsring

voor wie: kleinkunstenaars
sinds: 1948
Huidige drager: Herman van Veen (sinds 1976)
Vorige dragers: Wim Kan (1954-1976); Heintje Davids (1948-1954)

Ingesteld door de gemeente Rotterdam. Davids zelf was in 1939 al overleden, dus de eerste drager werd diens zus Heintje. De huidige ringdrager is degene die het langst aan een doorgeefprijs vasthoudt. His precioussss.

TM doorgeefsuggesties: Hans Teeuwen, Wende Snijders, Paul de Leeuw

Kritiek: ‘Schwalbe speelt op eigen kracht’

kritieken,Theatermaker — simber op 19 maart 2010 om 22:45 uur
tags: , ,

De deuren gaan dicht, in het weinige licht van de nooduitgangbordjes zien we zeven spelers die zich uitkleden tot op hun ondergoed. Ze klimmen allemaal op een hometrainer, die recht voor het publiek, dicht naast elkaar zijn opgesteld  en beginnen langzaam, onregelmatig te trappen. Een lamp, op een statief net voor de eerste rij, flikkert, komt tot leven.

In juni 2008 viel een nieuw groepje mimers op. Ze studeerden dat jaar af aan de mime-opleiding, vroegen Lotte van den Berg als begeleider van hun afstudeervoorstelling, maar gaven haar de expliciete opdracht dat ze geen verstilde voorstelling wilden maken. Het moest rock ’n roll worden. Het werd techno. In de voorstelling Spaar ze alle negen dansten de negen performers zich in het zweet op een oorverdovende, gruizige housebeat in het kaal belichte, verder lege Frascati. Negen individuen, om elkaar cirkelend, af en toe als tweetal uit de monotonie stappend voor een (voor het publiek geheel onhoorbaar) onderonsje, maar meestal alleen dansend, springend, hakkend. Een gezamelijk moment ontstaat heel kort als ze in moment van afnemende sonische druk keihard “we love you hardcore, we do” schreeuwzingen.

Ik was er erg van onder de indruk. Hier stond een generatie jonge makers, een overlopend vat van energie, die hun eigen ongerichtheid en filosofische lethargie tot onderwerp wist te maken en via een levenslustig statement en in weerwil van de opdracht toch verstilling wist te bereiken. De voorstelling ging op tournee, sommige spelers moesten elders aan het werk, de titel werd verkort tot Spaar ze… en de groep noemde zich Schwalbe.

Continue reading “Kritiek: ‘Schwalbe speelt op eigen kracht’” »

Boekrecensie: Mijn Opera van Willem Bruls

boekrecensies,Theatermaker — simber op 19 maart 2010 om 22:41 uur
tags: ,

Het begon allemaal met Mahler en daarna volgde Wagner. Dat was voor Willem Bruls de ingang voor een leven lang muziek en opera. Als dramaturg, schrijver en redacteur (onder andere voor dit blad) leerde hij alle uithoeken van het operalandschap kennen en schreef hij een groot aantal artikelen. Die zijn nu verzameld in het aangename boek Mijn Opera, dat verschijnt in een serie van Uitgeverij Atlas met andere boeken als Mijn Duitsland, Mijn wadden en Mijn Formule I.

Maar de titel Mijn opera heeft een extra laag: dit zijn de ‘werken’ van Willem Bruls. In alfabetisch geordende hoofdstukken –van Aanvang via Elektra en Misbruik tot Zingen- komt een bonte verzameling genres voorbij, van interviews en historische beschouwingen tot kritieken die de hele operageschiedenis bestrijken, van Monteverdi tot Ivo van Hove’s Ring-enscenering. Dit maakt het boek prettig afwisselend, maar ook fragmentarisch; het duurt even voordat je Bruls’ visie op opera hebt achterhaald.

Uiteindelijk blijkt hij een hartstochtelijk gelover in de potentie van opera als samenbindende kunstvorm. In het hoofdstuk Kritiek somt hij nog eens op waarvan de moderne operabeschouwer allemaal wel geen verstand moet hebben: muziek, vocalen, het ‘scenisch-visuele’ aspect, toneel, beeldende kunst en de laatste decennia ook steeds meer van film en video. Hij toont zich kritisch over de regisseursopera, maar veel nog over rabiate melomanen die opera het liefst tandeloos vermaak wilen maken (‘Ben Hur-opera’ noemt hij dat toepasselijk) en de bedoeling van de componist willen weergeven.

De sterkste hoofdstukken zijn dan ook de ontstaansgeschiedenissen van opera’s waarbij Bruls met flair laat zien hoe zeer het werk van Mozart, Glück of Monteverdi doordesemd is van politieke en ideologische stellingnames, hoewel hij persoonlijke of zelfs psychologische interpretaties van werken niet schuwt. En daarnaast weet hij bijvoorbeeld op vermakelijke wijze de betrokkenheid van Casanova bij het ontstaan van Mozart’s Don Giovanni aannemelijk te maken.

Zwakker zijn de stukken die slechts zijdelings met opera te maken hebben, zoals artikelen over de discussie over het beste orkest ter wereld of de vergelijking van de architectuur van Berlage met Wagner’s gesamtkunstwerk. Bruls’ stijl is af en toe wat bombastisch en net als in operaplots springt hij nogal van de hak op de tak, maar uiteindelijk weet hij je toch aangenaam te verrassen met een aardig bon-mot of een scherpe observatie.

En het leukste is toch eigenlijk het geroddel over moderne klassiekers, over breekbare oude componist Alfred Schnittke die tijdens in voorbereiding op de wereldpremière van De Idioot bij De Nederlandse Opera veilig zit opgesloten in Hotel de l’Europe en uitsluitend met briefjes communiceert of Bruls’ eigen avonturen als dramaturg van Pierre Audi bij de opvoering van La Juive in Parijs, wat een onthullend kijkje in de sociale mechanismes van de Opera de la Bastille oplevert. In dat genre had ik nog wel meer willen lezen, maar op dat gebied zullen de objectieve beschouwer en de loyale dramaturg elkaar wel in de weg hebben gezeten.

Gelezen: Mijn Opera van Willem Bruls
Uitgeverij Atlas

« Vorige paginaVolgende pagina »
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity