Clairy Polak maakt TF Selectie bekend

nieuws,Parool — simber op 20 mei 2009 om 12:14 uur
tags: , ,

In Amsterdam heeft juryvoorzitter Clairy Polak de selectie van beste theatervoorstellingen van het seizoen bekend gemaakt. De jury van het Nederlands Theater Festival (TF) selecteerde elf voorstellingen die zij tot de hoogtepunten van het seizoen rekent en die in september in Amsterdam zullen worden hernomen. De jury koos een diverse lijst met onder andere een komisch maatschappelijk rechtbankdrama (De Grote Verkiezingsshow), een monoloog voor de grote zaal (Brandhout) en twee country-musicals (Heelhuids en halsoverkop en The Broken Circle Breakdown).

In tegenstelling tot vorig jaar, toen veel locatie- en zogenaamde ervaringstheatervoorstellingen werden verkozen, heeft de jury –naast Polak bestaande uit drie dramaturgen een journalist een werkplaatsdirecteur en producent Gislebert Thierens- zich dit jaar keurig aan de opdracht gehouden: vijf voorstellingen in de grote zaal werden uitverkoren en vijf in de kleine zaal. Vooruit, er zit toch nog één locatieproject bij: de toesprakencompilatie De Grote Mond van het Vlaamse gezelschap Skagen.

Binnen deze diverse keuze is weinig lijn te ontdekken, vindt ook Polak: “Voorstellingen zijn om verschillende redenen geselecteerd, maar ze zijn allemaal de moeite waard om vaker getoond te worden. Het was ook niet onze taak om samenhang aan te brengen. Het was onze taak om een mooi festival samen te stellen met hoogtepunten uit het theaterseizoen. We kozen voorstellingen die ons bij de kladden hebben gegrepen en die onder onze huid zijn gekropen. Soms gebeurt dat door de zeggingskracht en soms door het vakmanschap van de makers.”

Er zitten wel meerdere multidisciplinaire voorstellingen in de selectie.

“Ja dat klopt wel, vooral Heelhuids en halsoverkop is een voorstelling waarin zo ongeveer alle genres aan bod komen, van musical tot deurenkomedie en moderne dans. En Carmen is een samensmelting van theater en opera voor kinderen. Achteraf gezien is dat wellicht een thema, maar zo hebben we het niet bedoeld.
Ik vind die genreoverstijgende voorstellingen wel extra boeiend. Het zet je op het verkeerde been. Je bent naar iets aan het kijken dat je bekend voorkomt, maar ineens blijkt het iets anders te zijn, dat is spannend. Maar De Geit is bijvoorbeeld weer puur toneel, een stuk over een onwaarschijnlijk gegeven: een vrouw die erachter komt dat haar man een affaire heeft met een geit, maar het wordt zeer geloofwaardig gemaakt. En het is een voorstelling die heel laat knap zien hoe wij met onze taboes omgaan.”

Wat is u opgevallen aan het theater dat u zag dit afgelopen seizoen?

“In het algemeen viel me enorm op dat er ontzettend goed gespeeld werd. Ik had nog het ouderwetse idee dat je voor goed acteren in Londen moet zijn., maar dat blijkt absoluut niet waar. Een actrice als Sacha Bulthuis speelt je helemaal van de sokken.
Verder lijken theatermakers dit seizoen graag terug te grijpen op thema’s uit film of literatuur. Zoals Tien Geboden, naar de films van Krzysztof Kie?lowski. Een prachtige voorstelling over de worsteling van mensen met het leven, daarbij niet geholpen door God. Kleine en grote dilemma’s, grote emoties en verstilde momenten, humor en tragiek.”

Wat was uw rol in de jury?

“Ik heb niet zoveel gezien als een aantal van mijn collega juryleden, ik kreeg een soort selectie. De jury als geheel heeft ongeveer driehonderd voorstellingen gezien. Tijdens de laatste vergadering moesten er soms wat knopen doorgehakt worden en daarnaast heb ik het juryrapport geschreven. De keuze was soms moeilijk: over de helft van de voorstellingen werden we redelijk gemakkelijk eens, over de andere helft was veel discussie. Natuurlijk zijn er een aantal persoonlijke favorieten gesneuveld, maar dat geldt voor iedereen.
We hebben wel geworsteld met de dwingende eis dat we vijf grote zaal-voorstellingen en vijf kleine zaal-voorstellingen moesten kiezen. Er wordt veel in de kleine zaal gemaakt en minder in de grote zaal, dus het was vooral in de kleine zaal een kwestie van kill your darlings.”

Hoe heeft u het werken bij NOVA kunnen combineren met het juryvoorzitterschap?

“Dat kon eigenlijk niet, ik had er eigenlijk ook nauwelijks tijd voor, maar ik heb het toch gedaan. Ik presenteer NOVA drie of vier avonden per week, dat betekent dat ik hooguit zo’n twee keer per week naar het theater kon. Maar ik vond het verrukkelijk om te doen. Ik ging de laatste jaren, mede door NOVA, veel minder naar het theater, dus was het heerlijk om weer zoveel te zien. Oude tijden herleefden, mag ik wel zeggen, het leek wel de tijd toen ik nog redacteur was van de Uitkrant.”

De Juryselectie voor het Nederlands Theater Festival

De Geit of Wie is Sylvia? van het  Onafhankelijk Toneel
Tien Geboden van NT Gent en Wunderbaum
Carmen van Nationale Toneel en Stella Den Haag
Brandhout. Een irritatie van tg Stan
De grote verkiezingsshow van Het Zuidelijk Toneel
De grote mond van Skagen
Ben ik al geboren? van Toneelgroep De Appel
Heelhuids & Halsoverkop, een countrymusical van het Noord Nederlands Toneel en Club Guy & Roni
Amateurs van Nieuw West
MightySociety 6 van MightySociety
The Broken Circle Breakdown van Cie Cecilia

Het Nederlands Theaterfestival vindt plaats van 3 t/m 13 september 2009. Meer info op www.tf.nl

Nieuwe zaal Stadsschouwburg geopend

nieuws,Parool — simber op 15 april 2009 om 01:40 uur
tags: , ,

De afgelopen jaren werd achter de Stadsschouwburg aan het Leidseplein, boven de de Max-zaal van de Melkweg gebouwd aan een nieuwe flexibele theater- en concert-zaal. Gisteravond was Kreten en Gefluister van Toneelgroep Amsterdam de eerste voorstelling in de nieuwe Rabozaal. Het werk is nog niet helemaal af, de komende weken en maanden zullen de bouwvakkers nog genoeg te doen hebben.

Eerder op de dag, tijdens een persconferentie en rondleiding van de drie betrokken instellingen –Stadsschouwburg, Toneelgroep Amsterdam en de Melkweg- haastte schouwburgdirecteur Melle Daamen te zeggen dat de deze eerste voorstelling van TGA niet de officiële opening van de zaal is, die is pas op 1 juni. Op 9 mei organiseren de drie instellingen samen het feest Deuren open, waarmee de nieuwe zaal zich presenteert aan de Amsterdammers.

Vooral Ivo van Hove, directeur van TGA, toonde zich enthousiast over de nieuwe mogelijkheden: “Dit is geen ‘toneel-theater’, maar een ruimte voor alle mogelijke vormen van theater die de komende decennia kunnen ontstaan. We kunnen in een klassieke lijstopstelling spelen, de stoelen op het toneel zetten en er een black-box theater van maken, maar ook ervaringstheater, met het publiek aan vier zijden rondom het speelvlak is mogelijk.”

Van Hove’s groep zal zo’n 175 avonden in één van de zalen in de schouwburg spelen, een verdubbeling ten opzichte van nu: “Je kunt naar de schouwburg gaan zoals je naar de bioscoop gaat, er is vrijwel altijd iets van Toneelgroep Amsterdam te zien.”

Melkwegdirecteur Cor Schlösser gaat de zaal vooral gebruiken voor zitconcerten en optredens van singer-songwriters. Daarnaast zal de Melkweg, die maandelijks vijf aaneengesloten dagen programmeert, moderne dans en multimedia-theater brengen. De Schouwburg zal niet veel veranderen aan haar programmering, wel komt er meer internationaal toneel naar Amsterdam.

De nieuwe zaal, waar 520 mensen kunnen zitten en tot 1400 kunnen staan, heeft in totaal ongeveer 37 miljoen euro gekost. Zowel de Schouwburg als de Melkweg krijgen geen extra subsidie voor de programmering, maar verwachten dat te compenseren met hogere publieksaantallen. Over de bouw is zo’n zes jaar gedaan, waarvan twee jaar vertraging in verband met problemen met de welstandscommissie, de vergunningen en de constructie.

Positief advies, geen geld, protest

cultuurbeleid,nieuws,Parool — simber op 15 oktober 2008 om 00:41 uur
tags: , , , ,

Acht kunstinstellingen gaan de gemeenteraad inschakelen in hun protest tegen Wethouder Carolien Gehrels van cultuur. De acht, waaronder dansgroepen Anoukvandijk en Emio Greco en theatergroepen Discordia en Zep kregen van de Kunstraad een positief advies, maar krijgen geen geld van Gehrels, zo staat te lezen in het concept Kunstenplan dat de wethouder vorige week presenteerde.

Het komt wel eens voor dat instellingen die een negatief advies kregen van een adviesraad toch geld krijgen. Een bestuurder kan ‘politieke redenen’ noemen om een instelling toch te honoreren, en dat is precies wat Gehrels deed in het geval van o.a. het Rozentheater, De Waag, Festival Over het IJ en het Filmmuseum. Maar het omgekeerde, een zogenaamde “negatieve correctie”, is een unicum. Het komt eigenlijk niet voor dat instellingen geen geld krijgen na een positief advies.

Gehrels verdedigde haar keuze met het argument dat zij teruggrijpt op de oorspronkelijke verdeling van verantwoordelijkheden tussen rijk en gemeente: het rijk zorgt voor producerende gezelschappen, Amsterdam voor de theaters.

Maar dat argument is onzin, stelde Kunstraadvoorzitter Bert Janmaat vorige week al in NRC Handelsblad: “Als zij geen nieuwe groepen wil toelaten, had ze dat vooraf moeten zeggen. Niet nadat iedereen zijn aanvraag heeft ingediend, en de Kunstraad zich er al over heeft uitgesproken.” Daarbij kan Gehrels niet klagen over geldgebrek. Ze heeft juist vier miljoen euro extra voor de kunst uitgetrokken.

Bovendien is de uitspraak van de wethouder inconsequent, zeggen de acht groepen nu in een brief aan de commissie Kunst en Cultuur van de gemeenteraad. Er zijn namelijk andere producerende instellingen die wél geld krijgen, en flink veel ook, zoals Toneelgroep Amsterdam (dat 3,3 miljoen krijgt – twee ton meer dan de Kunstraad adviseerde), Het Nationale Ballet, MC, of Theater het Amsterdamse Bos. Nog vreemder is dat de wethouder een aantal producerende instellingen wil redden die van de Kunstraad een onvoldoende kregen, zoals het ASKO/Schönberg Ensemble en het Handtheater. Waarom is het rijk daar ineens niet verantwoordelijk voor?

De protesterende instellingen hebben afgelopen maandag tijdens een hoorzitting hun bezwaren naar voren gebracht. Op 30 oktober behandelt de raadscommissie Kunst en Cultuur het concept kunstenplan.

Het conflict van de bestuurder met de adviesorganen lijkt een trend. Eerder sloegen in Rotterdam de stoppen door toen de Raad voor Kunst en Cultuur adviseerde om de subsidie voor de Kunsthal en het Gergiev Festival stop te zetten en de wethouder dat advies direct ongedaan maakte. En vorige maand nog bekritiseerde minister Plasterk de Raad voor Cultuur omdat die zich in de huidige adviesronde teveel als lobbyclub voor de kunstsector had gedragen.

Pierre Bokma geeft Steenbergenpenning door aan Jacob Derwig

nieuws,Parool — simber op 8 september 2008 om 18:03 uur
tags: , , , ,

In de Stadsschouwburg heeft acteur Pierre Bokma de Paul Steenbergenpenning doorgegeven aan Jacob Derwig. Derwig ontving de prijs na afloop van de voorstelling Romeinse Tragedies van Toneelgroep Amsterdam. De Paul Steenbergenpenning is –samen met de Albert van Dalsumring- de meest eervolle onderscheiding voor toneelspelers. De penning is een ‘doorgeefprijs’, de drager mag zelf weten wanneer en aan wie hij hem overdraagt.

De prijs werd in 1982 ingesteld door de gemeente Den Haag ter gelegenheid van de 75e verjaardag van Paul Steenbergen. De penning was daarna achtereenvolgens in handen van Guido de Moor, Willem Nijholt en, sinds 2002, Pierre Bokma.

Bokma had opvallend genoeg geen uitgebreide speech om zijn keuze voor Derwig te onderbouwen. Onder het motto ‘Goede wijn behoeft geen krans’ hield hij het bij een korte overhandiging. Derwig sprak kort over zijn bewondering voor Bokma: “Als je hem voor het eerste keer ziet spelen weet je niet wat je meemaakt. De tweede en de derde keer weet je ook niet wat je meemaakt.”

Jacob Derwig (1969) studeerde aan de toneelschool in Arnhem, waar hij een van de oprichters was van toneelgezelschap ’t Barre Land. Hij kreeg bekendheid door zijn –Louis d’Or genomineerde- hoofdrol in Hamlet van De Trust. Sinds 2005 is hij vast verbonden aan Toneelgroep Amsterdam. Hij speelde in de televisieserie Bij ons in de Jordaan en in speelfilms als De Jurk, Lek en Zus&Zo. Dit jaar is hij opnieuw genomineerd voor de Louis d’Or, voor zijn rol in Naar Damascus, geregisseerd door Pierre Audi.

TF jury maakt selectie bekend

De jury van theaterfestival TF heeft vandaag haar keuze van elf hoogtepunten uit het afgelopen theaterseizoen bekend gemaakt. De eigenzinnige selectie bevat veel zogenaamd ervaringstheater, waaronder vier locatievoorstellingen. Als alle voorstellingen tijdens het festival hernomen kunnen worden, zal het publiek in september kunnen worden rondgeleid door een V&D warenhuis, in bed worden toegestopt door acteurs, mee moeten doen met een actie tegen verstoringen van jeugdvoorstellingen, aan de bar zitten eten en zelfs een auto winnen.

Ook zijn de makers van de geselecteerde voorstellingen opvallend jong: Laura van Dolron, Dries Verhoeven, Jetse Batelaan (regisseur van Het geheven vingertje) en de makers van Wunderbaum, Abattoir Fermé en De Veenfabriek zijn allen rond de dertig. Met deze selectie maakt de jury onder voorzitterschap van komiek Raoul Heertje een scherpe breuk met eerdere jaren toen publiekssuccessen als De Familie Avenier en Opening Night de boventoon voerden.

Dit jaar is het alom bejubelde Romeinse Tragedies van Toneelgroep Amsterdam de enige voorstelling van een groot Nederlands gezelschap dat de selectie heeft gehaald. De keuze bevat vier Vlaamse voorstellingen, sommige van gezelschappen waar zelfs toegewijde theaterliefhebbers nog nooit van gehoord zullen hebben.

De jury is dit jaar gegroeid van vijf naar zeven leden en ook inhoudelijk versterkt, en heeft nu naast Heertje een hoogleraar Theaterwetenschap, een schouwburgdirecteur, twee critici, een programmeur en een theatermaker in de gelederen. TF vindt dit jaar plaats van 4 t/m 14 september en toont naast de juryselectie ook enkele voorstellingen die zijn genomineerd voor de Toneel Publieksprijs.

De TF-selectie van het seizoen 2007/2008

Romeinse tragedies – Toneelgroep Amsterdam
Kamp Jezus – Wunderbaum
Missie – Koninklijke Vlaamse Schouwburg
Rococo – Hotel Modern
Laatste nachtmerrie – Laura van Dolron
Tourniquet – Abattoir Fermé
Het geheven vingertje – Theatergroep MAX.
Haar leven haar doden – De Veenfabriek
Mijnheer Porselein – Studio Orka
U bevindt zich hier – Dries Verhoeven
www.win-een-auto.com – Bad van Marie

Dresselhuysprijs voor Beppie Melissen

nieuws,Parool — simber op 19 maart 2008 om 10:58 uur
tags: , , ,

In Theater Bellevue is gisteravond na de voorstelling Gods Wachtkamer van Theatergroep Carver de Mary Dresselhuysprijs 2008 uitgereikt aan Beppie Melissen. Aan het eind van het applaus kwam een figuur naar voren met een oude-mensen-masker dat ook in de voorstelling werd gebruikt. Het bleek juryvoorzitter Petra Laseur 12.500 euro die Melissen overviel met een impromptu prijsuitreiking.

De Mary Dresselhuysprijs is van oorsprong een aanmoedigingsprijs voor jonge toneelspelers, in 1992 ingesteld door Joop van den Ende. Eerdere winnaars van de tweejaarlijkse prijs waren o.a. Jeroen Willems, Porgy Franssen, Sylvia Poorta en Jacob Derwig. Beppie Melissen (57) is de oudste winnaar tot nu toe.

De jury prees “de inzet en de volharding van Melissen waarmee zij haar geesteskind Toneelgroep Carver inspireert tot humoristische voorstellingen die vaak gaan over absurditeit van het leven en het onvermogen van de mens om daarmee om te gaan”.Mellissen was betrokken bij toneelgroep Caroussel en werd bij een groot publiek bekend door haar rollen in Jiskefet en Gooise Vrouwen.

Als persoonlijke noot voegde Laseur, dochter van Mary Dresselhuys, toe dat haar moeder een trouwe fan van het gezelschap was en dat ze de toekenning zeker gesteund zou hebben. Zelf is ze ook bewonderaarster: “Jouw toneel is voor mij helaas ‘een ander land’, ik heb die stijl van spelen nooit geleerd, maar ik heb er grenzeloze bewondering voor.”

Vervolgens overhandigde Laseur Melissen een sjerp, een penning ontworpen door Eric Claus en de cheque voor 12.500 euro. Het geld is volgens de regels bedoeld voor “verdergaande studie naar alle vormen van toneelspelen”, maar dat moet volgens Laseur ruim worden uitgelegd. “Als je in de keuken met een enorme afwas zit en je denkt: hoe kom ik verder? Dan is het antwoord: een nieuwe afwasmachine!”

De actrice die op het toneel altijd haar gezicht in de plooi heeft, onderging de verrassing met een grijns van oor tot oor. In een geïmproviseerd dankwoord noemde ze de huldiging “meesterlijk”, en bedankte ze Carver collega’s Leny Breederveld en René van ’t Hof, met wie ze haar manier van spelen ontwikkelde. Carver staat de laatst tijd wel meer in het zonnetje: Breederveld won afgelopen jaar de Johan Kaart Prijs en Van ’t Hof werd geëerd met de VSCD Mimeprijs.

Gods Wachtkamer is nog tot 30 maart te zien in Bellevue

Fusie Frascati en Gasthuis

nieuws,Parool — simber op 11 september 2007 om 22:28 uur
tags: , , ,

Het Amsterdamse theater Frascati in de Nes en theaterwerkplaats Gasthuis in Oud West gaan per 1 januari 2008 fuseren. Mark Timmer (40), nu artistiek leider van het Gasthuis, gaat de nieuwe organisatie leiden. De huidige directeur van Frascati, Nan van Houte (52), neemt na vijftien jaar afscheid.

Volgens de twee instellingen is de fusie geen verstandshuwelijk, maar een logisch gevolg van de toegenomen samenwerking in de afgelopen jaren. “We delen dezelfde ideeën over theater en de interessante ontwikkelingen daarin”, aldus Van Houte: “Veel theatermakers stromen nu na een traject bij het Gasthuis door naar het productiehuis en podium van Frascati.”

“We moeten niet van de overheid en het gaat ook niet om bezuinigen”, benadrukt ook Timmer: “Je merkt echter dat theatermakers de afgelopen jaren steeds veelvormiger zijn gaan werken. Ze hangen niet aan één genre of plek of circuit. Maar juist die mentaliteit vraagt grotere, flexibele organisaties om dat allemaal mogelijk te maken.”

“Door de schaal van onze organisaties kunnen we nu bijvoorbeeld niet goed internationaal werken,” vult Van Houte aan: “Door schaalvergroting hopen we buitenlandse tournees van onze makers beter te kunnen begeleiden en meer internationaal aanbod naar Amsterdam te kunnen halen.”

De nieuwe organisatie zal de twee huidige locaties behouden, maar de profielen verscherpen. Het Gasthuis wordt een centrum voor onderzoek en ontwikkeling waar kunstenaars zonder veel beperkingen kunnen pionieren. Frascati wordt het publiekspodium met een sterke binding met de stad, waar bezoekers kennis maken met eigentijdse voorstellingen. Timmer: “Omdat de organisaties elkaar zo goed aanvullen kunnen we ze zonder grote gevolgen voor het personeel in elkaar schuiven”

De programmering van Frascati zal wel veranderen. “Er zullen meer eigen producties komen te staan” zegt Timmer, “Maar ik wil ook scherpere keuzes maken in de groepen die hier te gast zijn. We willen iets minder gezelschappen steviger neerzetten in de stad, met meer context, nagesprekken en dergelijke”.

Hoewel Van Houte vertrekt is  ze nog zeer enthousiast is over de plannen: “Ik hoop en verwacht dat Frascati hét experimentele podium van de stad zal blijven. Mark Timmer is een zeer geschikte opvolger. Hij heeft oog voor interessante mensen en heeft makers als Jetse Batelaan, Laura van Dolron en Ivana Müller voor langere tijd aan het Gasthuis weten te binden.”

Wat ze zelf gaat doen weet Van Houte nog niet: “Ik probeer het nog even niet te weten. Maar er staat binnenkort veel te gebeuren in de podiumkunsten. Er valt voor mij wel weer een stoeltje vrij.”

Verslag TF-1

nieuws,Parool,verslagjes — simber op 11 september 2007 om 10:17 uur
tags: , , , ,

Met het Gala van het Nederlands Theater, waarin de uitreiking van de belangrijkste toneelprijzen plaatsvond, werd gisteren het festival TF-1 afgesloten. Het reprisefestival waarmee het theaterseizoen wordt geopend vond dit jaar voor de tweede maal plaats.

Belangrijkste en meest succesvolle onderdeel waren reprises van de tien beste voorstellingen van het afgelopen seizoen. De door een jury onder leiding van Mieke van der Weij gekozen voorstellingen gaven een aardige doorsnee van het Nederlands toneel in 2007. Daarbij viel vooral op hoe zeer het gesubsidieerde toneel zijn relevantie zoekt in expliciet engagement. In Mefisto For Ever legt het Antwerpse Toneelhuis paralellen tussen de opkomst van het Vlaamse Belang in zijn stad en het Nazibewind, Mightysociety 4 gaat over globalisering, en Mug Inn van Mugmetdegoudentand onderzoekt het maatschappelijke onbehagen in Nederland.

Het contrast met de twee genomineerden voor de Toneel Publieksprijs die ook op het festival te zien waren kon haast niet groter zijn. Dat zijn vrije producties waarin van televisie bekende acteurs (Huub Stapel, Olga Zuiderhoek) spelen in boekbewerkingen zoals Kentering van een Huwelijk en repertoirestukken als Wie is er bang voor Virginia Woolf? Goed gemaakt toneel, dat zeker, maar ook nogal braaf amusement en een beetje saai.

Er zijn vele omschrijvingen mogelijk voor het fringe festival TF-2, maar saai is daar niet een van. Het door de TF-1 organisatie zelf opgezette tegenfestival is eerder verwarrend, overdadig, chaotisch en onoverzichtelijk. Doordat het festival een open inschrijving heeft zonder selectie, zaten tussen de 280 voorstellingen nogal wat tweederangs cabaretiers, enthousiaste dilletanten en aardige voorstellingen die toevallig in de stad waren. Het blijft onduidelijk voor wie dit festival nou bedoeld is.

De huidige opzet lokt vooral theatermakers die meer talent hebben voor het uitbaten van hun voorstellingen dan voor het maken ervan. Maar de pareltjes van TF-2 worden toch vooral gepresenteerd door groepen die al enige reputatie hebben verworven zoals de vijf meiden van Norfolk in hun geestige saunapersoneel performance Uptijd of Opium voor het Volk met hun quarterlife crisis tragedie Overwinteren.

Aan de andere kant van het spectrum staat de Fringe Rouge, een programmaonderdeel met crossover tussen theater en porno, geïnspireerd door het (inmiddels herroepen) rechtsbesluit dat peepshows voor de belasting ook theater zijn. Het belooft veel ondeugends, maar blijft vooral braaf, met een matige moderne dansproductie in Casa Rosso en een performance van een man met bokkepoten, puntoren en een panfluit achter een raam op de Wallen, die tenminste nog veel verwarring zaait onder de langslopende dronken Engelsen.

Opvallend is dat binnen het enorme aanbod van TF-2 nog een flink aantal verzamelprogramma’s zitten, zoals Club Slip & Grip, Licht in Augustus, Woof! en Sugar Mash-up. Op dit soort avonden trekken verschillende acts voorbij terwijl de bar open blijft. Soms heeft het de sfeer van een Berlijns jaren-dertig Varieté (Club Slip & Grip met naast goochelaars en dansers een paaldans-act en een naaktmodel), soms herinnert het meer aan de bonte avond van school (Woof!, met veel singer-songwriters met absurde teksten).

Enerzijds kun je dat bekijken als de ultieme cynische poging van theaters om met gesubsidieerd loungen een jonger publiek binnen te krijgen, maar misschien is het ook wel de enige manier om de grillige creativiteit van de jongste generatie kunstenaars te vangen.

Festivalleider Jeffrey Meulman heeft aangegeven dat hij TF-2 zo snel mogelijk wil afstoten naar een zelfstandige organisatie om alle energie te richten op het ontwikkelen van TF-1 tot een groot publieksfestival. Dat is een verstandige keuze, want de twee programma’s lopen nu al bijna onoverbrugbaar uit elkaar. Het hele TF-1 moet nog groeien, maar weet met beperkte middelen toch al een heel behoorlijke seizoensopening neer te zetten.

Hierbij horend:

Virginia Woolf wint Toneel Publieksprijs

In de Amsterdamse Stadsschouwburg zijn gisteravond de belangrijkste toneelprijzen uitgereikt. De vrije produktie Wie is er bang voor Virginia Woolf?, met Porgy Fransen en Olga Zuiderhoek als George en Martha, won de Toneel Publieksprijs. Opvallend genoeg werd deze voorstelling geregisseerd door theatervernieuwer Gerardjan Rijnders, die tijdens en na zijn artistiek leiderschap van Toneelgroep Amsterdam regelmatig het verwijt kreeg dat hij het publiek de zaal uit joeg.
De Louis d’Or voor beste acteur ging naar Dirk Roofthooft voor zijn hoofdrol in Mefisto For Ever van het Toneelhuis uit Antwerpen en beste actrice werd Will van Kralingen voor haar koninginnerol in Maria Stuart van het Nationale Toneel.

Tot beste bijrolspelers werden gekroond Hein van der Heijden voor zijn rol in Mightysociety4 en Fania Sorel voor haar rol in Onschuld van het Ro Theater. De VSCD Mimeprijs werd gewonnen door René van ’t Hof die speelde in Vallende Ster van het Onafhankelijk Toneel. De Prosceniumprijs, voor prestaties achter het podium, werd tenslotte uitgereikt aan toneelschrijver Rob de Graaf. Zijn werk heeft “een eigen poëtische taal en een eigenzinnige dramaturgie”, aldus de jury.

Datascape Cultuur

cultuurbeleid,nieuws,overig,Parool — simber op 6 september 2007 om 22:50 uur
tags: , , ,

Datascape Cultuur

Een slecht bekeken VPRO-zondagavond trekt met 100.000 kijkers ongeveer even veel publiek als de Stadsschouwburg Amsterdam in een jaar. Ondanks de klachten over bezuinigingen zijn de uitgaven aan cultuur door de overheid de afgelopen jaren sterk gestegen. De bekendste Nederlandse levende cultuurdragers in het buitenland zijn Rem Koolhaas en Victor & Rolf.

Deze en andere verrassende feiten en inzichten zijn terug te vinden in de Datascape Cultuur, een kleurrijke nieuwe uitgave van cultureel adviseur Johan Idema en ontwerper Hendrik-Jan Grievink. Op een zeven meter lange strook verzamelden zij de uitkomsten van 200 recente onderzoeken en rapporten over cultuur, vertaald in talloze kleurige infographics die samen een aantrekkelijk en origineel overzicht geven van wat er in het culturele veld speelt. De doelgroep is in de eerste plaats beleidsmakers en andere mensen die in de cultuursector werken, maar de mooie uitgave, de vele leuke weetjes en grappige vertalingen naar beeld zullen ook veel cultuurconsumenten hebberig maken.

Er is een ‘hoofdstuk’ over de spreiding van cultuur over het land, een over de opkomst van amateurkunst en een over het sterk groeiende aantal cultuurgebouwen en podia. Maar ook subsidieperikelen, erfgoed en het binnen de kunstwereld omstreden begrip ‘creatieve industrie’ komen aan bod.

Doelbewust wordt de definitie van cultuur heel breed gemaakt. Beeldende kunst, theater en literatuur is maar het topje van de ijsberg, blijkt uit één van de illustraties. Daaronder zit nog een groot aantal genres en disciplines, van popmuziek en games tot mode, design, amateurkunst en reclame. Zo bekeken is cultuur veel groter dan je denkt. Veertig procent van de Nederlanders gaat eens per jaar naar een cultuurinstelling, terwijl zestig procent een vorm van amateurkunst beoefend. En de totale creatieve industrie is met een omzet van 8,4 miljard euro ongeveer net zo groot als de horeca.

Daarbij stelt de Datascape Cultuur soms pijnlijke vragen. Waarom is bijvoorbeeld het bezoek aan de traditionele kunsten sinds de jaren zestig volkomen gelijk gebleven, terwijl het opleidingsniveau enorm is gestegen en er dus een groot publiek van potentiële cultuurminnaars bij is gekomen?

Initiatiefnemer Idema werkt bij adviesbureau Lagroup in Amsterdam, maar ontwikkelde de datascape als eigen project. “In mijn werk kom ik honderden onderzoeken over de cultuursector tegen, maar die zijn bijna allemaal gericht op één discipline. Ik raakte meer en meer geïnteresseerd in wat er zou gebeuren als je al die onderzoeken zou combineren. Een paar jaar geleden kwam ik een datascape tegen over toerisme en bedacht ik een manier om al die data visueel te presenteren.”

Met de Datascape Cultuur wil Idema in de eerste plaats discussie losmaken in de cultuursector: “Er moet anders worden nagedacht over cultuur. Er wordt nog te veel vanuit bestaande hokjes gedacht, maar dat zorgt ervoor dat de kunstsector kansen mist. Daarbij wil ik laten zien dat onderzoeksdata minder met cijfers en meer met beeld moet worden gepresenteerd.”

Ondanks de uitputtende opsomming van cijfermateriaal, logo’s en slogans ziet Idema nog wel witte vlekken: “Er wordt heel weinig onderzoek gedaan naar de inhoud of het onderwerp van kunstwerken. Waar gaat het over? Is kunst in Nederland politieker geworden of juist niet? Ook over de beleving van het publiek weten we weinig: waarom gaan ze en wat is de impact?” In de Datascape Cultuur wordt ook opgeroepen tot een nieuw soort vragen: “Waarom wel meten hoeveel mensen naar designmusea gaan, maar niet hoeveel mensen designproducten kopen?”

De datascape mondt uit in drie scenario’s voor de toekomst. Eén waarin de populaire cultuur meer diepgang krijgt maar waarin de traditionele kunsten een (nog) bescheidener plek zullen innemen, één waarin kunst en cultuur voornamelijk functioneel wordt ingezet om politieke, sociale of economische doelen te verwezelijken en tenslotte één waarin onder invloed van nieuwe media nieuwe verbanden en genres ontstaan.

“Ik denk niet dat het of het ene óf het andere scenario wordt”, zegt Idema: “De huidige ontwikkelingen zijn te complex om in één toekomstvoorspelling te vatten. Alledrie de richtingen zullen gedeeltelijk uitkomen. Maar ik ben zelf wel erg geïnteresseerd in de eerste richting: fotografie en popmuziek waren in het begin ook culturele uitingen die niet serieus genomen werden, maar die nu ook als kunst worden gezien. Er is cultuurbeleid en soms subsidie voor. Ik ben benieuwd om te zien hoe dat gaat gebeuren met graffiti of games.”

De Datascape Cultuur wordt aanstaande maandag 10 september om 15:00 uur gepresenteerd in De Balie.

Plasterk gooit cultuurbeleid om

cultuurbeleid,nieuws,Parool — simber op 6 maart 2007 om 16:42 uur
tags: , ,

PlasterkKunst en cultuur hebben een waarde in zichzelf. “Ze geven glans aan het leven. Dat heeft een positief effect in de samenleving, op integratie en de economie, maar een effect is iets anders dan een doel.” Met enkele woorden gooide minister Plasterk van cultuur gistermiddag acht jaar cultuurbeleid overboord.

Zijn voorgangers zoals Rick van der Ploeg en Medy van der Laan wilden juist dat kunstenaars meehielpen om allerlei problemen in de samenleving op te lossen, zoals de integratie van minderheden, maar Plasterk beloofde dat hij kunst juist “minder instrumenteel” wilde inzetten.

Plasterk deed zijn uitspraken in een zeer korte reactie bij het in ontvangst nemen van het rapport Innoveren, participeren! waarin de Raad voor Cultuur, het belangrijkste adviesorgaan op het gebeid van kunst en cultuur, haar visie uiteen zet op het cultuurbeleid van de komende jaren.

De Raad wil dat er twee nieuwe grote stadstheatergezelschappen worden opgezet in Utrecht en Maastricht, naast de zes die er al bestaan in de grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag en buiten de Randstad in Groningen, Arnhem en Eindhoven. Daarnaast moeten er volgens de Raad twee grote jeugdtheatergezelschappen komen, die voorstellingen voor de grote zaal maken.

Al deze instellingen zijn onderdeel van de zogenaamde Basisinfrastructuur. Volgens al door staatssecretaris Van der Laan opgesteld plannen moet het ministerie van OCW niet meer rechtstreeks verantwoordelijk zijn voor alle meerjarige subsidies die nu aan culturele instellingen worden verstrekt. Alleen instellingen die ankerpunten vormen in de regio en die aanvullende taken zoals educatie en doorstroming van talent op zich nemen blijven direct onder het ministerie vallen. Alle andere instellingen kunnen voortaan terecht bij de fondsen.

In Amsterdam geldt dat laatste bijvoorbeeld voor De Theatercompagnie, Het Toneel Speelt het Willem Breuker Collectief en Leine & Roebana. Het Holland Festival, Toneelgroep Amsterdam en De Nederlandse Opera horen wel bij de basisinfrastructuur.

De plannen van de Raad voor de toneelsector lijken sterk op een plan dat elf toneelgezelschappen vorige week presenteerden. Daarin wordt gepleit voor acht stadsgezelschappen, met een eigen toneelspelersgroep en een sterke binding met de steden.

De Raad verzet zich overigens sterk tegen de in het regeerakkoord voorgenomen bezuiniging van 50 miljoen euro op cultuur via het zogenaamde profijtbeginsel, waarbij de ‘gebruiker’ van kunst, de toeschouwer of bezoeker, meer zou moeten betalen voor een toegangskaartje. De Raad vreest, net als Kunstraadvoorzitter Jan Riezenkamp gisteren in deze krant en vele theatergroepen en orkesten, dat dit zal leiden tot een grote afname van het aantal bezoekers.

Volgens Plasterk zelf staat het nog niet vast dat de bezuiniging zo slecht zal uitpakken voor de kunsten als de Raad denkt en is niet bij voorbaat tegen. Hij verwacht veel van oplossingen waarbij de verschillen in prijs tussen de eerste rang en het schellinkje worden vergroot en van het invoeren van goedkope concerten voor studenten op de woensdagmiddag. “En maak het galaconcert op de vrijdagavond flink duur, want de mensen die daar op af komen, kunnen het toch wel betalen”, aldus de bewindsman in De Volkskrant. Als zijn ministerie de gevolgen van deze ingreep heeft onderzocht, komt Plasterk met een definitief standpunt.

Het rapport is na te lezen en te bediscussiëren op www.agendacultuurbeleid.nl

Aaf was er ook

« Vorige paginaVolgende pagina »
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity