Interview Luk Perceval
Toneelregisseur Luk Perceval was een rebel in Vlaanderen, maar zette in 1997 zijn stempel op het theaterveld met Ten Oorlog!, de legendarische marathonvoorstelling waarin hij, met schrijver Tom Lanoye, de historische stukken van Shakespeare tot één megavertelling aaneen reeg. De Duitse versie, Slachten, effende de weg voor een carrière in de Bondsrepubliek, eerst in Berlijn, sinds vorig seizoen in Hamburg. Vrijdag en zaterdag staat zijn Hamlet in de Stadsschouwburg. “Het is een stuk van duizend-en-een vragen zonder loutering aan het eind.”
Perceval’s Hamlet zal de geschiedenis ingaan de de Hamlet met de twee Hamlets. De hoofdpersoon wordt door twee acteurs gespeeld, die zich steeds verder van elkaar verwijderen. “Die verdubbeling kwam voort uit close reading van de tekst”, zegt Perceval daags na de première aan de telefoon. “Shakespeare verwijst naar de schizofrenie van Hamlet, de dualiteit die in hem zit. Hamlet zegt zelf tegen het eind van het stuk dat hij niet alleen beslist: ‘ik ben niet alleen die ene Hamlet, maar ook die ander.’ Maar Hamlet toont volgens mij de gevolgen van een trauma: de moord op zijn vader. Mijn Hamlet is niet alleen een wijfelende romanticus, hij kent haat en liefdespijn.”
De beslissing om Hamlet op te splitsen werd ook relatief laat gemaakt. “Toen bekend werd dat ik Hamlet ging regisseren kreeg ik veel vragen van de acteurs. Het is natuurlijk een rol die iedere acteur graag wil spelen. Toen moest ik wel gaan bedenken of mijn Hamlet jong moest zijn of oud. Een hele jonge Hamlet geeft mij hetzelfde gevoel als Tsjechov door jonge acteurs: de jeugd heeft heel veel kansen voor zich, er mist een bepaald soort tragiek. Ik werk sowieso het liefst met oudere acteurs, die brengen hun levenservaring mee.” Met een hoorbare grijns: “Ja, ook in Vlaanderen al, maar er waren daar niet zoveel oudere acteurs meer die nog met mij wilden werken.” Uiteindelijk viel de keus op de jongere Jörg Pohl en de oudere Josef Ostendorf. “Jörg is een hele goede jonge acteur en Josef is de vleesgeworden gedachte.”
Het probleem van de Hamletrol is doorgetrokken in het decor. “De muur van mantels staat voor mij voor 400 jaar Hamletvertolkers, het zijn de doden. De kinderen die bij veel scènes toekijken en kleine rollen spelen zijn de toekomstige Hamletspelers, maar ook de toekomstige doden. Laertes en Polonius, de vrienden en adviseurs van Hamlet en de koninklijke familie zijn voor mij een klassieke familie: de mannen hoeden hun het kleine zusje en dochter Ophelia. Ze zijn bang en kleinburgerlijk. Zo is het stuk is een optelsom van levensangsten.”
Zoals altijd is Perceval niet bijster geïnteresseerd in actualiteit of paralellen met het heden, maar zoekt hij in zijn voorstellingen naar eeuwige en mythische dimensies van de verhalen die hij kiest. “Ik zie Hamlet als een zen koan, een gebed of een mantra; een rituele confrontatie met onze angst voor de dood. Het is een heel raar stuk, geen normale tragedie met een verhaaltje, je wordt niet meegenomen door empathie met de hoofdpersoon. Aan het slot is iedereen dood en vraag je je af wat het voor zin heeft gehad. Ik zie het stuk meer als een kaleidoscoop van theatertechnieken, zonder loutering aan het eind. Het is een stuk van duizend-en-een vragen zonder antwoord.”
Zo’n interpretatie past ook beter bij Perceval’s interesse in het Boeddhisme, met zijn cyclische wereldbeeld en zijn acceptatie van menselijk onvermogen. “Dat is wat de mens van het dier onderscheid: wij kunnen op ons handelen reflecteren, wij stellen ons zoveel vragen. Maar uiteindelijk sterven we en weten we niets. De vele doden aan het slot van Hamlet maken duidelijk dat het leven zinloos is. Ik zie dat niet als iets negatiefs, maar het feit dat het leven geen antwoorden, geen logica heeft is een uitnodiging om zo intens mogelijk te leven.”
“Vaak heb ik bij Hamlet uitvoeringen heb ik een soort onverschilligheid ten aanzien van de hoofdpersoon. Nu is het een zichtbaar metafysisch of spiritueel conflict, met een boodschap: Het helpt niets om alle mogelijkheden te overdenken zoals Hamlet doet; je moet leven! Wat mij bijzonder interesseert aan het Boeddhisme is dat dat de dualiteit van de mens, tussen het continu reflecteren en het verlangen naar het ‘ervaren’ van het leven, ziet als een natuurlijk fenomeen, en niet als een fout van de mens.”
Sinds een paar jaar is hij in Hamburg ‘leitender Regisseur’. “De functie heette oorspronkelijk ‘Oberspielleiter’, wat een verschrikkelijk woord!” Hij is niet ‘intendant’, de baas van het gezelschap, maar hij heeft wel goede raad voor Johan Simons, die dit jaar vanuit België naar Duitsland verkast: “De omvang omvang van de toneelhuizen hier is echt volstrekt anders dan de relatief kleinschalige organisaties als NT Gent. Het Thalia Theater heeft bijna 375 man in dienst; als we personeelsuitje hebben moeten we naamplaatjes op.”
“En je moet de acteurs op de eerste plaats zetten”, vult hij aan. “Het Duitse publiek is zeer ‘begeisterungsfähig’; het is gul in z’n enthousiasme. Deze Hamlet bijvoorbeeld is zelfs voor Duitse begrippen veeleisend, maar het publiek is zo gefascineerd door de acteurs dat ze ervoor open staan en meegaan. Tevreden acteurs is de helft van de huur, zeggen ze hier.”
Perceval’s vertrek uit Vlaanderen had zeker ook te maken met de opkomst van het Vlaams Blok in zijn thuisstad Antwerpen. Nu ziet hij met zorg ook in Duitsland het populisme opkomen: “In 1994 kreeg het Vlaams Blok bijna dertig procent van de stemmen in Antwerpen. De andere politieke partijen waren in paniek, ze gingen programmapunten overnemen. Ook hier zie je nu dat politici de populistische tendensen willen afvangen. Extreem-rechtse partijen zijn hier gelukkig verboden.”
“De politieke discussie is hier minder plat dan in Antwerpen. Maar er blijft een overmaat aan sloganesk denken. Het grootste verschil is dat de kunst geen strijdperk is. In Vlaanderen moet theater nu voor de ganse familie zijn. In Duitsland staat het theater in aanzien. Het is cultureel erfgoed, vanuit opvoeding is er veel respect voor de woorden die Goethe en Schiller hebben geschreven. De culturele elite wordt gehoord en niet weggelachen.”
Hamlet van het Thalia Theater. 8 en 9 oktober in de Stadsschouwburg.
[…] http://www.simber.nl/?p=1190 Vind ik leuk:LikeWees de eerste om post te waarderen. ← Previous post […]