Recensies afstudeervoorstellingen ITs
Afstudeervoorstellingen van toneelscholen zijn een bijzonder genre: het is een eenmalige kans voor een groep acteurs en actrices om zich te presenteren aan collega’s, regisseurs op zoek naar talent en Hans Kemna, een afscheid van hun school, en voor de opleiding een prestigeobject, waar ze hun eigen stijl kunnen tonen. Op het ITs festival waren het afgelopen weekend de afstudeervoorstellingen van de toneelscholen van Arnhem, Maastricht en Amsterdam te zien.
Bij de afstudeerklas van Arnhem ligt de nadruk het meest op het afscheid. Drie jaar geleden kwam een klasgenootje om bij een ongeluk en Punt moet een eerbetoon aan haar worden. De acht afstuderenden spelen in een zelfgeschreven stuk een vriendengroep die bij elkaar komt om een vriendin te herdenken. Maar hoe oprecht de intenties ook zijn, de voorstelling is een aanfluiting. De met platitudes doorspekte tekst ontbeert iedere spanning, en de spelers lijken met hun gebrek aan durf regelrecht te solliciteren naar een rol in een vrije productie.
De Amsterdammers pakken het beter aan. Zij vroegen regisseur Ola Mafaalani als begeleider en die maakte in 90 minuten van het probleem van de afstudeervoorstelling het thema: hoe zorg je ervoor dat je in de korte tijd die je hebt indruk maakt en iets achterlaat op aarde. Een jongen probeert het door zijn piemel als drumstick te gebruiken, een paar meisjes zijn aangekleed als de iconen Marilyn Monroe, Marlene Dietrich of Wiske, en achterop het toneel staat een lichtgevende klok.
Met de hyperactieve chaos op het toneel (met twintig man op het toneel nu extra indrukwekkend) en een ronddolende engel (een acteur met een rossige baard in een trouwjurk) is de voorstelling vintage Mafaalani, maar 90 minuten is ook het meest een uithangbord voor een opleiding. In Amsterdam zijn de toneelschool en de kleinkunstacademie een paar jaar geleden gefuseerd, maar er blijven duidelijk te onderscheiden toneelspelers en kleinkunstenaars, waarbij de eersten een beetje wegvallen in deze chaos van vondsten en sketches. Gelukkig kunnen ze allemaal prachtig zingen.
De toneelacademie Maastricht kiest juist voor een bestaand stuk – Het Koude Kind van Marius von Mayenburg, vorig seizoen uitgevoerd door De Theatercompagnie – en de acteurs laten degelijk, maar uitstekend spel zien. De regie is wat onevenwichtig, maar in deze voorstelling zitten voor het eerst een paar acteurs die ik in de toekomst wel vaker aan het werk wil zien, met name Alejandra Theus die hier onwillige moeder met campari-jus verslaving neerzet en Bram de Win als dictatoriale vader die zijn kinderen haat.
De meeste eigenzinnige school – de Mimeopleiding uit Amsterdam – levert echter de meest eigenzinnige voorstelling af, Spaar ze alle 9 geregisseerd door Lotte van den Berg. Op een donkere housebeat die ruim een uur door het lege Frascati 1 galmt, dansen de acht mimers wild in het koude licht. Af en toe komen één of twee van hen tot rust; ze zoenen, drinken water of praten tegen elkaar – onverstaanbaar door de doordenderende beat. Dit heeft niets meer met de afstudeerconventies te maken. Hier wordt tenminste radicaal en compromisloos theater gemaakt, maar juist hier worden acht performers gepresenteerd die je niet gauw weer zal vergeten.
Het ITs duurt nog tot 28 juni. Meer info op www.itsfestival.nl
Hardstikke fijn mensen die recensies schrijven zodat je wat meningen hier en daar kan terug lezen, maar dan moet je wel op de hoogte zijn van het feit dat er 4 toneelscholen zijn!
Utrecht speelde ook dit weekend zijn afstudeervoorstelling, misschien goed om hier ook nog wat over te schrijven?!
Tja, Utrecht, het blijft tobben. Niet helemaal serieus genomen door de drie ‘echte’ scholen, maar altijd nog stukken beter dan de DDV of particuliere opleidingen… In dit geval heb ik een zeer prozaïsch excuus: ik zou zaterdagavond naar Idioot komen kijken (de afstudeervoorstelling van dit jaar, geregisseerd door Marcus Azzini), maar de voetbalkoorts bleek te hoog. Duidelijk verkeerd gegokt: slechter spel dan in Basel zullen ze in Frascati onmogelijk voor mekaar hebben kunnen krijgen…
Beste Simber,
Ik heb zelf gestudeerd aan de Acteursopleiding in Utrecht en aan één van de drie ‘echte’ toneelscholen. Ik ben mij dus bewust van wat de ‘echte’ toneelscholen over Utrecht zeggen en kan dat ook spiegelen aan de ‘echte’ werkelijkheid.
De reden dat ik reageer is dat ik echt verbijsterd ben over welke reden je lijkt op te geven voor de scheiding die je kennelijk maakt tussen ‘echte’ en ‘niet-echte’ toneelopleidingen.
In je reactie op Kristen, schrijf je namelijk: ‘Tja, Utrecht, het blijft tobben. Niet helemaal serieus genomen door de drie ‘echte’ scholen….” Laat een resencent zijn mening nu afhangen van wat een school zegt? Ik hoop dat ik mij vergis!
Om er even inhoudelijk op in te gaan: natuurlijk hebben de toneelscholen onderling allemaal kritiek op elkaar en de reden daarvan lijkt me evident! Alle toneelopleidingen leiden hun acteurs volgens verschillende methodes op. Ik geloof niet dat er een andere manier is om het bestaan van vier HBO-Toneelscholen in een klein land als Nederland te rechtvaardigen. Of denk je dat het Ministerie van Onderwijs voor de lol HBO opleidingen blijft accrediteren als de spoeling in dit vak al zo dun is?
Behalve de kritiek die de opleidingen op elkaar hebben, bestaat er behoorlijk wat uitwisseling van docenten binnen de verschillende HBO toneelscholen. Hoofddocenten uit Utrecht worden bijvoorbeeld jaarlijks teruggevraagd als gastdocent op ‘echte’ toneelscholen en visa versa. Bovendien wordt de opleiding in Utrecht(en voor zover ik weet is dat bij ‘echte’ opleidingen niet anders) voor een groot deel bepaald door gastregisseurs die net zo hard op de andere ‘echte’ opleidingen lesgeven en producties regisseren.
Moeten we dan ook maar al die regisseurs en docenten die zowel bij de Acteursopleiding in Utrecht als bij de ‘echte’ opleidingen betrokken zijn ook maar ‘niet echt serieus’ nemen?
Gegroet,
Een echte acteur