Recensie DVD Box ‘Ko van Dijk, een hommage’
Bij de 65e verjaardag van Joop van den Ende kreeg hij als verrassing een in het geheim samengestelde DVD-box met opnames van zijn grote held Ko van Dijk. Deze box met tien schijven is alweer een tijdje beschikbaar voor het theaterminnende publiek dat zich voor minder dan de prijs van een eersterangskaartje in een willekeurige schouwburg 35 uur lang kan laven aan de 44 jarige carrière van Nederland’s meest bewonderde acteur.
Het gaat om tien toneelregistraties (veelal televisiebewerkingen van voorstellingen voor de AVRO of de KRO), zeven oorspronkelijke televisiedrama’s, een miniserie (De Marseillaanse trilogie) enkele interviews en documentaires, en als sluitstok een nieuwe documentaire van Ireen van Ditshuyzen en Hans Pool.
Maar hoe blij we ook mogen zijn met de multimediale ontsluiting van de theatergeschiedenis, moeten we niet vergeten dat naast de technische, juridische en organisatorische barrières met het verleden de culturele drempels altijd nog het hoogst zijn. Anders gezegd: een groot deel van de films voldoet aan alle vooroordelen die moderne kijkers kunnen hebben over theater op televisie: ze zijn saai, statisch en sloom.
En tjongejonge, wat was dat oorspronkelijke televisiedrama uit de jaren zestig eigenlijk beroerd. Het weeïge pilotendrama De dertig seconden uit ’64 bijvoorbeeld: flirten met morele dilemma’s in de glamoureuze luchtvaartwereld, maar feilloos iedere confrontatie uit de weg gaan. Daar staat tegenover dat de erg geestige thriller De man, de vrouw en de moord, ook met Mary Dresselhuys zeer het aanzien waard is en dat Mooi weer vandaag zelfs nu nog weet te ontroeren.
Maar toch, overal zie je toch regelmatig het fonkelen van het acteursgenie van de grote man. Zoals in Oscar, een talige klucht uit 1960, waarin de arme Guus Oster de aangever moet spelen en zijn teksten in mitrailleurtempo uitbraakt, terwijl Van Dijk hem met één goed geplaatste beweging van zijn wenkbrauw overtroeft, als een luie kikker die een vliegje verschalkt.
Dan krijg je ook ineens een idee waar het talent zat bij Van Dijk: hij is bliksemsnel. Heen en weer schakelend tussen emoties, in en uit rollen stappend, vaak net even te lang wachtend en dan twee onverwachte stappen doen en dan nog een derde. Natuurlijk is er meer: Van Dijk weet als van nature sympathie en medelijden op te wekken, hij is geestig en heeft een volkse charme. Maar al die dingen blijken erg tijdgebonden. Als hij het over acteren heeft praat hij over inleven en waarachtigheid, maar dat is er nu niet meer aan af te zien. De huidige toeschouwer ziet vooral techniek en dat fenomenale tempo.
Als je dat ziet, begrijp je ook meer waarom hij zo snel verveeld was. In de documentaire vertellen collega’s daar een aantal kostelijke anecdotes over: na de première had Van Dijk het al snel gezien en ging hij grappen verzinnen om zijn werk van afwisseling te voorzien. Hij speelde bijvoorbeeld een hele voorstelling in de stijl van Albert van Dalsum, of deed alsof het regende en zocht beschutting onder een decor-boom.
Die documentaire is overigens uitstekend: Hans Croiset vertelt over de onzichtbare jongen met het vreselijk Amsterdamse accent na de oorlog en met een beslissende rol van Sjarov uitgroeide tot een toneelheld. Het wordt goed duidelijk dat Van Dijk geen intellectueel was, maar wél alles las over hoe andere acteurs de rollen deden die hij moest gaan spelen.
Daarnaast vertellen Ellen Vogel, Jeroen Krabbé en andere grootheden van het soort dat regisseren uitspreekt als “rezjiseren” over de liefde, het onderwijs en de streken van Ko, die volgens een van hen “het belazeren tot kunst heeft verheven”. En allemaal hebben ze het over zijn ogen, de doordringende blik, het vuur erachter, waarmee hij je als een dompteur bespeelde. Zo bepalend was die blik dat Anne-Wil Blankers toen ze hem opgebaard in de Stadsschouwburg zag liggen alleen maar kon denken: ik heb hem nog nooit met gesloten ogen gezien…
Als toetje staan er op een van de DVD’s ook nog twee volledige interviews, één uit 1966, waarin hij zwierig rokend zeer verguld zit te zijn met zijn rol van beste toneelspeler van Nederland en een ander bij hem thuis door een piepjonge Paul Haenen met een bijrol voor Van Dijk’s zoon Peter-Jan.